Architectuur en monumenten: Stadhuis
Het stadhuis van Bilzen is op architecturaal vlak één van de oudste van Limburg. Het dateert uit de periode 1686-1689 en is opgetrokken in Maaslandse stijl, naar een ontwerp van Lambert Derick uit Anheit nabij Hoei. Het gebouw onderging een duidelijke invloed van de Luikse architectuur. Dit komt ondermeer tot uiting in de voorgevel die volledig opgericht is in Naamse kalksteen, net zoals de omlijsting van de rondboogdeur en de kruisramen. In 1998 werd het interieur helemaal herdacht en aangepast aan de hedendaagse noden. Ook de dubbele trap leunt aan bij de Luikse traditie. In het Ancien Régime waren er in Bilzen immers twee burgemeesters: één verkozen door de stad en één aangesteld door de Luikse prins-bisschop. Om hun gelijkwaardigheid bij plechtigheden niet in het gedrang te brengen, had elke burgemeester zijn trap om het stadhuis te betreden. Onder de pui geeft een poortje toegang tot de kelderverdieping, waar vroeger een gevangenis was. Oorspronkelijk maakte het stadhuis deel uit van een huizenrij die het marktplein afsloot. Op het einde van de 19de eeuw werden de aanpalende huizen gesloopt, waardoor het stadhuis een alleenstaand gebouw werd. Het stadhuis nu Het stadhuis herbergt ondermeer de Dienst Toerisme. Je kan hier terecht voor allerhande toeristische informatie, gaande van daguitstappen voor groepen, hotelreservaties, toeristische brochures, fiets- en wandelkaarten, streekproducten en geschenkkaarten. Je vindt er tevens het Meeting point van Jazz Bilzen. Op de eerste verdieping kan je niet alleen de trouwzaal bezichtigen maar ook kopieën van vondsten uit het Keltische vorstengraf in Eigenbilzen. Het perron Voor het stadhuis staat het perron, in de volksmond ‘het piegelke’. Bovenop deze zuil prijkt een pijnappel, symbool van gerechtigheid en een kruis als teken van het opperste gezag van de prins-bisschop van Luik. In 1170 had de graaf van Loon aan Bilzen stadsrechten toegekend. Na de annexatie door het prinsbisdom Luik in 1366 werd Bilzen in zijn rechten bevestigd als één van de Luikse ‘goede steden'. Bij wijze van symbool werd op de markt een perron opgericht. Het werd vernieuwd in 1768 en ontmanteld door de Fransen in 1798. In 1968 werd in de Demerlaan een kopie van het oude perron gebouwd ter herdenking aan de oorlogsslachtoffers. In april 2006 werd het uiteindelijk naar de markt overgebracht.